IRU lanceert Green Compact voor koolstofneutraliteit

Verbetering efficiency

Siegfried Hegelmann, ceo van de Hegelman Group, pleitte voor een meer globale aanpak van de CO2-problematiek: “Decarbonisatie is een wereldwijd probleem en vereist dus een wereldwijde aanpak. We schieten ons doel voorbij als het wegvervoer in de EU straks koolstofvrij is, terwijl er aan de andere kant van de wereld niets veranderd. Een ander probleem is dat er nu al capaciteitsprobleem zijn bij het produceren van trucks. Het is daarom onwaarschijnlijk dat over enkele jaren de gigantische vloot aan voertuigen ingewisseld zal zijn voor duurzame exemplaren. Daarom is ook het inzetten op een verbetering van de efficiency van groot belang. Ik roep overheden op om meer samen te werken met het bedrijfsleven en fors te investeren om de transitie naar een koolstofvrij wegvervoer financieel mogelijk te maken. Want hier zijn enorme investeringen mee gemoeid. Ter bestrijding van de gevolgen van de coronapandemie werden enorme bedragen geïnvesteerd. Waarom organiseren we niet zo’n zelfde soort aanpak voor het reduceren van de CO2-uitstoot? Want ook daar is uiteindelijk iedereen mee gebaat.”

The next big thing

Gerrit Marx, president Commercial and Special Vehicles  van CNH Industrial (Iveco) vertelde dat omschakeling naar schoon wegvervoer maatwerk is en dat iedere situatie een specifieke oplossing vereist: “Het is onverstandig om op slechts één paard te wedden en er over tien jaar achter te komen dat we de verkeerde keuze hebben gemaakt. Daarom blijven we voertuigen op verschillende soorten brandstoffen ontwikkelen. Op de wat langere termijn heb ik voor het wegvervoer over langere afstanden vooral hoge verwachtingen van waterstof. Kijk bijvoorbeeld naar het elektriciteitsnetwerk. Als je al je vrachtwagens op elektriciteit wil laten rijden is de capaciteit daarvan volstrekt onvoldoende om alle vbatterijen van deze voertuigen te kunnen opladen. Waterstof is echter een opslagmiddel voor elektriciteit en biedt een oplossing voor deze problematiek. Daarom verwacht ik dat waterstof over een aantal jaren ‘the next big thing’ zal worden.”

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Maak gebruik van de exclusieve aanbieding

Bekijk de aanbieding

De IRU is een internationale wegvervoerorganisatie die ruim 3,5 miljoen bedrijven vertegenwoordigt die mobiliteits- en logistieke diensten aanbieden. Deze bedrijven zijn afkomstig uit meer dan 100 verschillende landen. De IRU houdt zich onder andere bezig met de ondersteuning van handel, economische groei, banen en veiligheid in de logistieke sector en behartigt de belangen van deze bedrijven op het gebied van regelgeving, bij zowel lokale als landelijke overheden. Kortgeleden stelde de organisatie een Green Compact op waarmee de logistieke sector de wereldwijde klimaatdoelstellingen, zoals vastgelegd in het akkoord van Parijs van 2015, kan realiseren. De Green Compact moet ervoor zorgen dat het wegvervoer in 2050 volledig CO2-neutraal is. Het koolstofvrij maken van deze sector is belangrijk omdat het wegvervoer meer dan 65 miljoen zware bedrijfsvoertuigen telt en verantwoordelijk is voor ongeveer 2,5 procent van de wereldwijde CO2-uitstoot.

Actiepunten IRU’s Green Compact

IRU’s Green Compact geeft een overzicht van actiepunten op het gebied van nieuwe technologie en infrastructuur, gewijzigde operationele praktijken en betere collectieve diensten voor transportgebruikers die het wegvervoer en overheden moeten nemen om de CO2-uitstoot terug te dringen. In het contract is een routekaart opgenomen om de CO2-uitstoot van de sector jaarlijks met ten minste 3 miljard ton te verminderen. Deze routekaart is gebaseerd op vijf verschillende pijlers. Dat zijn: brede toepassing van koolstofarme en koolstofvrije brandstoffen in het wegvervoer, de efficiency van logistieke operaties verbeteren en overstappen op het gebruik van duurzame voertuigen, verschuiving van individueel passagiersvervoer naar collectief passagiersvervoer door onder andere gebruik te maken van transport per bus en/of touringcars, het toepassen van efficiëntere voertuigtechnologieën met kortere vlootvernieuwingscycli en educatie om het rij- en exploitatiegedrag van voertuigen te verduurzamen. De Green Compact is inmiddels door de IRU-leden aangenomen. Daarmee geven zij aan hun CO2-emissies te reduceren, maar tegelijkertijd de  concurrerende mobiliteits- en logistieke diensten willen behouden voor de economie.

Online bijeenkomst

Eind juni was er een open online bijeenkomst waarin onder andere ceo’s van bedrijven en vertegenwoordigers van organisaties reageerden op de Green Compact. Centraal stonden vragen of de Green Compact haalbaar is, waar de kansen liggen, hoe realistisch de aanpak is, of vervoerders en overheden tegen deze kolossale taak opgewassen zijn, wat de belangrijkste knelpunten zijn en of er voldoende technologische kennis aanwezig is om de gewenste doelen te realiseren. De sessie werd bijgewoond door ongeveer 200 geïnteresseerden, met name personen werkzaam bij logistieke bedrijven en overheidsinstellingen. De bijeenkomst werd geleid door Matthias Maedge (directeur belangenbehartiging IRU), sprekers waren achtereenvolgens Niclas Svenningsen (manager, global climate action bij UNFCCC), Jochen Thewes (ceo DB Schenker), Yvon Slingenberg (directeur DG Klimaat Europese Commissie), Siegfried Hegelmann (ceo Hegelmann Group), Gerrit Marx (president Commerciële & Speciale Voertuigen CNH Industrial, IVECO) en Thomas Deloison (directeur Mobiliteit World Business Council for Sustainable Development).

Dominante vervoersmethode

Alle sprekers onderschrijven de Green Compact en zien het als een belangrijk initiatief op weg naar CO2-vrij wegvervoer in 2050. Wel benadrukken ze dat er binnen de Green Compact een belangrijke taak is weggelegd voor de overheden. Die moeten actie ondernemen om investeringen mogelijk te maken en wegvervoerders de nodige stimulansen geven om de sector koolstofarm te maken. Ceo Jochen Thewes van DB Schenker gaf aan dat naast de vijf pijlers van de Green Compact ook een verschuiving van het goederenvervoer van weg naar spoor van groot belang is voor het koolstofvrij maken van het wegvervoer. “Daarvoor zijn de komende jaren forse investeringen in de railinfrastructuur nodig. Tegelijkertijd zullen ook de doorvoertijden omlaag moeten, want die zijn in deze tijd niet meer acceptabel voor verladers. In Duitsland is het streven om op termijn 25 procent van het wegvervoer naar het spoor te verplaatsen. Maar ook dan zal er nog steeds een kolossale hoeveelheid goederen over de weg worden vervoerd. Daarom is het overstappen op andere brandstoffen van groot belang, in eerste instantie biobrandstoffen en, in een later stadium, waterstof. Voor de verdere ontwikkeling en toepassing hiervan zijn investeringen en subsidies van overheden onontbeerlijk.”

Verbetering efficiency

Siegfried Hegelmann, ceo van de Hegelman Group, pleitte voor een meer globale aanpak van de CO2-problematiek: “Decarbonisatie is een wereldwijd probleem en vereist dus een wereldwijde aanpak. We schieten ons doel voorbij als het wegvervoer in de EU straks koolstofvrij is, terwijl er aan de andere kant van de wereld niets veranderd. Een ander probleem is dat er nu al capaciteitsprobleem zijn bij het produceren van trucks. Het is daarom onwaarschijnlijk dat over enkele jaren de gigantische vloot aan voertuigen ingewisseld zal zijn voor duurzame exemplaren. Daarom is ook het inzetten op een verbetering van de efficiency van groot belang. Ik roep overheden op om meer samen te werken met het bedrijfsleven en fors te investeren om de transitie naar een koolstofvrij wegvervoer financieel mogelijk te maken. Want hier zijn enorme investeringen mee gemoeid. Ter bestrijding van de gevolgen van de coronapandemie werden enorme bedragen geïnvesteerd. Waarom organiseren we niet zo’n zelfde soort aanpak voor het reduceren van de CO2-uitstoot? Want ook daar is uiteindelijk iedereen mee gebaat.”

The next big thing

Gerrit Marx, president Commercial and Special Vehicles  van CNH Industrial (Iveco) vertelde dat omschakeling naar schoon wegvervoer maatwerk is en dat iedere situatie een specifieke oplossing vereist: “Het is onverstandig om op slechts één paard te wedden en er over tien jaar achter te komen dat we de verkeerde keuze hebben gemaakt. Daarom blijven we voertuigen op verschillende soorten brandstoffen ontwikkelen. Op de wat langere termijn heb ik voor het wegvervoer over langere afstanden vooral hoge verwachtingen van waterstof. Kijk bijvoorbeeld naar het elektriciteitsnetwerk. Als je al je vrachtwagens op elektriciteit wil laten rijden is de capaciteit daarvan volstrekt onvoldoende om alle vbatterijen van deze voertuigen te kunnen opladen. Waterstof is echter een opslagmiddel voor elektriciteit en biedt een oplossing voor deze problematiek. Daarom verwacht ik dat waterstof over een aantal jaren ‘the next big thing’ zal worden.”

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Maak gebruik van de exclusieve aanbieding

Bekijk de aanbieding

Auteur: Ruud van Roosmalen