In 2023 start in Nederland de kilometerheffing voor het vrachtverkeer. De overheid verwacht dat dit netto € 250 miljoen tot € 270 miljoen per jaar oplevert, na aftrek van invoeringskosten. Dit moet worden betaald door de eigenaren van vrachtauto’s die op de Nederlandse wegen rijden. Nu blijkt dat de overheid hiervan nu al € 35 miljoen tot € 55 miljoen wil gebruiken om de daling van de accijnsinkomsten te compenseren. Dat staat in het zogeheten ‘Beleidskader vrachtwagenheffing’. TLN vreest dat dit aandeel nog stijgt, in de toekomst.

En dat terwijl in het regeerakkoord is afgesproken dat de opbrengsten terugvloeien naar de transportsector om de kosten van een ambitieuze vergroening van het goederenvervoer te kunnen betalen. Dat gaat bijvoorbeeld om de toepassing zero emission-technologie, zoals batterij-elektrische of waterstof-elektrische vrachtauto’s met de bijbehorende laad- en tankvoorzieningen. Maar het gaat waar mogelijk ook om het toepassen van een duurzamere brandstof (low emission) die de CO2-uitstoot aanzienlijk verlaagt. En het gaat om investeringen voor het verbeteren van de efficiëntie in logistieke ketens. Zo kan het goederenvervoer de komende jaren in Nederland een koppositie innemen qua vergroening.

‘Funest voor duurzaamheidsplannen’

“Met een kilometerheffing voor alleen de vrachtauto’s los je de files niet op”, aldus directeur Jan Boeve van TLN. “Wij hebben in 2017 ingestemd met de kilometerheffing voor vrachtauto’s op voorwaarde dat de opbrengsten terugvloeien naar de sector voor de vergroeningsopgave. Het plan om de opbrengsten van de kilometerheffing voor vrachtauto’s voor een deel in de staatskas terecht te laten komen is niet alleen woordbreuk maar ook funest voor duurzaamheidsplannen van het goederenvervoer. Wanneer deze afspraak wordt teruggedraaid en de verduurzamingsgelden voor de sector worden afgeroomd, heeft dat rechtstreeks gevolgen voor het Klimaatakkoord. Zonder de opbrengsten van de kilometerheffing zal de Nederlandse transportsector als onderdeel van het internationale speelveld onmogelijk de voorgenomen transitie naar vergroening kunnen realiseren.”

Sector wil ambitie en realisme

“De sector transport en logistiek moet verduurzamen en dat willen onze leden ook”, vervolgt Boeve. “Wij hebben aan de zogenaamde Mobiliteitstafel intensief meegewerkt het voorlopige Klimaatakkoord. Ook daarin is vastgelegd dat de verduurzaming van onze sector wordt betaald uit die kilometerheffing. Op die manier hebben wij de kilometerheffing liever vandaag dan morgen. Met de opbrengsten van die heffing kunnen we een vliegende start maken. Als de afspraken worden teruggedraaid, ontstaat het risico dat transportbedrijven zowel de heffing als de vergroening moeten gaan betalen. Dat ontwricht onze concurrentiepositie, is tegen de afspraken en kunnen wij niet uitleggen aan onze leden. Wij willen ambitie en realisme verstandig en effectief combineren.”