Deze cijfers over het chauffeurstekort staan in het rapport van de IRU naar het tekort aan chauffeurs in Europa. Het rapport, gebaseerd op een uitgebreid onderzoek onder 744 wegvervoerders in vijftien Europese landen, bevat economische indicatoren voor de sector na Covid, cijfers over demografische en genderdynamiek en de belangrijkste oorzaken van het probleem.

Chauffeurstekort door toegenomen vraag en vergrijzing 

In 2021 was het aantal vacatures voor vrachtwagenchauffeurs in Europa met 41 procent gestegen ten opzichte van 2020. Dit was het gevolg van toegenomen transportvraag en de vergrijzing onder vrachtwagenchauffeurs, met een groot aandeel van chauffeurs die binnen tien jaar met pensioen gaan. Liefst 34 procent is ouder dan 55 jaar. Het aandeel oudere vrachtwagenchauffeurs is aanzienlijk hoger dan het overige personeel in de transportsector. De groei van het chauffeurstekort zet dit jaar naar verwachting door, met een geschatte toename van 40 procent. De stijging van de chauffeurslonen die heeft plaatsgevonden in 2021 in sommige Europese landen (of zal naar verwachting plaatsvinden in 2022 in andere) lijkt niet erg effectief te zijn geweest om de situatie te verbeteren en meer chauffeurs aan te trekken. Het gebrek aan aantrekkelijkheid van het beroep is dus niet (alleen) een kwestie van salarissen. 

Aandeel vrouwelijke chauffeurs

Het aandeel vrouwelijke vrachtwagenchauffeurs in Europa is nog steeds erg laag (3 procent) en is niet verbeterd in de afgelopen drie jaar. Litouwen heeft de laagste vrouwen vertegenwoordiging (0,5 procent), terwijl Italië (6 procent) en Noorwegen (5 procent) de hoogste aandelen hebben (ook al is het aandeel nog steeds erg laag).

Jonge en oudere chauffeurs

Er zijn minder dan 7 procent jonge vrachtwagenbestuurders onder de 25 jaar in Europa. Nederland is het meest succesvolle land in het aantrekken van jonge mensen (13 procent), terwijl het Verenigd Koninkrijk het laagste aandeel bestuurders onder 25 jaar oud heeft. De gemiddelde leeftijd van de vrachtwagenchauffeurs in Europa is 47 jaar oud. Dit komt mede door de veroudering van de Europese bevolking: slechts 8 procent van de beroepsbevolking is jonger dan 25 jaar oud. Dit betekent dat het goederenvervoer over de weg het niet zo slecht doet bij het aantrekken van jongeren. Een andere reden is de lage aantrekkelijkheid van het beroep. Daar is meer dan één reden voor, maar één ervan is de moeilijkheid om toegang te krijgen tot het beroep, en in het bijzonder door de vereiste minimumleeftijd. Het is achttien jaar in sommige Europese landen, maar stijgt tot 21 jaar in andere landen. 

Verbetering van de arbeidsomstandigheden 

De IRU verwacht grotere tekorten in de komende jaren als er geen actie wordt ondernomen om meer chauffeurs aan te trekken. Over de maatregelen die moeten worden genomen om het tekort aan te pakken wordt de verbetering van de arbeidsomstandigheden voor chauffeurs veruit gezien als de meest noodzakelijke maatregel. In dit opzicht zijn de belangrijkste problemen die moeten worden aangepakt het gebrek aan voldoende veilige en goed uitgeruste rustzones (douches, aparte toiletten voor mannen en vrouwen, gezonde voeding en veilige slaapzones) en de behandeling van chauffeurs op laad- en losplaatsen (onder andere gebrek aan toiletten voor chauffeurs en lange wachttijden).