De fabriek in Blainville-sur-Orne is sinds 1957 operationeel en gespecialiseerd in de productie van middelzware voertuigen en truckcabines. Iedere dag worden er 240 cabines geproduceerd en 72 distributietrucks geassembleerd. Op dezelfde lijn zullen ook de Renault Trucks D en D Wide Z.E. worden geassembleerd.
Speciaal gebouw voor Z.E.
Voor de assemblage van de Renault Trucks D en D Wide Z.E. zijn op het industriële complex van Blainville-sur-Orne verschillende faciliteiten verrezen. Het Z.E.-gebouw, gelegen naast de truckassemblagelijn, heeft een oppervlakte van 18.000 m2. In deze faciliteit worden verschillende componenten, speciaal voor volledig elektrische trucks, vervaardigd. Daarnaast is er een magazijn voor onderdelen en componenten en een temperatuurgecontroleerde afdeling voor de batterijopslag.
Een elektrische truck in vijftig uur
De productie van een elektrische truck begint een week voorafgaand aan de assemblage. In de Z.E.-faciliteit worden dan verschillende subassemblages uitgevoerd door speciaal getrainde techniciens, zoals de aandrijflijn, motor, versnellingsbak, modular power box en dergelijke. Deze componenten worden vervolgens getransporteerd naar de assemblagelijn om op verschillende momenten van de assemblage op het voertuig te worden gemonteerd.
’10 procent van het verkoopvolume’
De Renault Trucks D en D Wide Z.E. worden geassembleerd op dezelfde lijn als de dieselmodellen. Aan het einde van de assemblagelijn worden de elektrische vrachtwagens teruggebracht naar de Z.E.-faciliteit waar technici additionele werkzaamheden en kwaliteitstests uitvoeren. De productie van een elektrische truck kost in totaal vijftig manuren.
Dieselmotor
Renault Trucks voorspelt dat elektrische voertuigen in 2025 10 procent van het totale verkoopvolume vertegenwoordigen. Voor het transport over lange afstanden blijft de dieselmotor nog lang dé krachtbron, zei Renault Trucks-topman François Savoye in november vorig jaar (zie Transport & Logistiek 17 2019). Voor binnenstadvoertuigen zal elektrische aandrijving steeds belangrijker worden, verwacht Savoye. Maar volgens de topman is na 2030 de brandstofcel daarvoor een veel praktischer energiebron zijn dan batterijen.
