Transport & Logistiek dockt aan bij: 
Wie: Harald Smook (58)
Bedrijf: Rabelink Logistics
Functie: Divisie Manager Transport

Hoe bent u in de sector terecht gekomen en wat vindt u daar leuk en uitdagend aan?

“Nou, dat is via allerlei omzwervingen gebeurd. Ik begon op de Lagere Detailhandelsschool in Zwolle, en daarna deed ik een opleiding bij een voorloper van de Sociale Academie (richting Arbeids- en Personeelswerk). Ik was zoekende, onder meer omdat mijn vader vlak daarvoor was overleden. Maar deze opleiding kon mijn interesse niet wekken. Daarom ging ik mijn geluk beproeven bij het Korps Mariniers. Tot grote ontevredenheid van mijn moeder, die in die periode was aangesloten bij de Rooie Vrouwen van de PvdA. Maar ik vond daar wat op dat moment goed voor mij was: structuur. 

Toen ik uit dienst kwam, vond ik een baantje bij AHOLD. Daar ben ik gestart bij het retourencentrum (de lopende band emballage, allerlei kratten, roltcontainers, aardappelcontainers en papier gingen terug naar de leverancier, eventueel gereinigd). In 25 jaar heb ik veel afdelingen gezien binnen AHOLD. Uiteindelijk ben ik weer terecht gekomen bij het retourencentrum. Totdat Kuehne+Nagel de activiteiten overnam van AHOLD. Kuehne+Nagel vroeg of ik naar dit bedrijf wilde overstappen en dat deed ik. Na een tijdje ging ik me vervelen en zeiden ze tegen mij: ‘Het bedrijf zoekt nog een transportmanager in Utrecht. Misschien is dat iets voor jou?’

In die tijd kon je nog in een uur van Zwolle naar Utrecht rijden (ik woon nog steeds vlakbij Zwolle) en ik heb de baan geaccepteerd. Mijn focus in Utrecht lag op fast-moving consumer goods, eerst in de regio Utrecht en vervolgens in heel Nederland. Het werd steeds interessanter.

Vervolgens kwam ook het transport van Kuehne+Nagel Schiphol erbij. Dat was een hele boeiende tijd! Steeds als ik op de luchthaven kwam, overviel me weer een vakantiegevoel. De bedoeling was om ons transport vanaf de luchthaven samen te voegen met dat van de rest van Nederland. Op dat moment was de luchthaven namelijk een aparte divisie. Maar voor het lossen van een vrachtvliegtuig heb je een lowdecker nodig. Dat wil niet met een standaard trailer, dan heb je een hoogteprobleem. De laadklep van een ‘gewone’ vrachtwagen is namelijk te hoog, daar kun je geen vliegtuig mee lossen. En aan de andere kant kun je een lowdecker niet inzetten voor het laden en lossen van warehouses. Dus die integratieplannen gingen niet door. Maar het was wel een erg leuk en leerzaam jaar.

Ondertussen was ik vaak weg van huis. Dat begon me op te breken. Een baan dichter in de buurt leek me daarom een goed idee. Even later kreeg ik via een recruiter een functie bij Rotra in Doesburg aangeboden. Ideaal. Wel was het bizar dat Kuehne+Nagel de  transportactiviteiten van Rotra enige tijd later overnam. Ik was opnieuw in dienst bij Kuehne-Nagel!

Op mijn  56e besloot ik om te gaan solliciteren. Dat was voor het eerst in mijn leven. Ik werd tot dat moment altijd gevraagd of ik mee wilde, of ergens een rol in wilde gaan spelen. Nu was het anders, en dat was vreemd voor mij. Nu werk ik iedere dag met plezier bij Rabelink.

Lees ook: "Positiviteit, wilskracht"

Welke ontwikkelingen vindt u belangrijk?

“Daar hoef ik niet lang over na te denken: duurzaamheid. Ik heb samen met allerlei concullega’s met de pilot Zero Emission Transport Academy meegedaan, die TLN dit voorjaar organiseerde. Toen is mij duidelijk geworden dat de aanschaf van elektrische voertuigen het minste van je problemen is. De beschikbaarheid van stroom, daar gaat het om. Wij hebben zonnepanelen, maar ik zie nog geen mogelijkheden om elektriciteit op te slaan die ik nodig heb om ons wagenpark te kunnen voorzien. Met een container vol batterijen kun je slechts twee vrachtwagens opladen, dus ga maar na. We onderzoeken nu wat wel haalbaar is. We krijgen onze eerste elektrische vrachtwagen in november, daarmee kunnen we pionieren.

De actieradius van elektrisch rijden, vind ik een interessant punt. Wij maken namelijk veel stops, waarbij we ook de laadklep gebruiken. En wat betekent het als je tegenwind hebt  of als de temperaturen dalen? We hebben aan onze chauffeurs gevraagd wie er belangstelling heeft om elektrisch rijden te ontwikkelen. Er zijn genoeg chauffeurs die hierin mee willen helpen.

Die milieuzones (toekomstig zero-emissie zones) zijn ook een thema. Ik heb meegemaakt dat een collega bij een adres in Amsterdam aankwam, die niet in zo’n mileuzone lag. Daar kreeg hij te horen: rijd maar even naar de achterzijde van het pand. Blijkt dat gedeelte wel in de milieuzone te liggen, met als gevolg dat wij een fikse boete kregen.

Personeel vinden is ook belangrijk, alhoewel het hier bij Rabelink momenteel aardig goed gaat. We hebben gelukkig veel BBL’ers die doorstromen naar ons bedrijf. Dat gaat niet vanzelf: we bezoeken regelmatig scholen en laten ons op verschillende meetings zien. Maar het is lastig, want we zijn 24/7 aan het werk! Terwijl dat ook weer mogelijkheden biedt. Als je late dienst hebt, kun je bijvoorbeeld je kinderen naar school brengen. Dat heb ik ook vaak gedaan.

Verder zou ik graag meer vrouwen achter het stuur willen zien. Met de juiste hulpmiddelen, zoals elektrische kooiapen, moet dat toch kunnen? Maar we hebben momenteel slechts drie chauffeuses. Helaas.”

Wat zou u graag veranderd zien in de sector?

“Meer bewustzijn bij de eindconsument zou een goed idee zijn. Die krijgt morgen geleverd wat hij vandaag bestelt, dat zorgt ervoor dat ook wij sneller moeten werken. Dat kan betekenen dat we minder ladingen kunnen combineren en met een halfvolle trailer gaan rijden, terwijl de snelle levering in veel gevallen helemaal niet nodig is. Het scheelt behoorlijk in de kosten en de uitstoot van CO2.  

Meer onderling vertrouwen tussen transportbedrijven zou ook goed zijn. In mijn tijd  bij Kuehne+Nagel keek een bedrijf mee naar de planning van meerdere bedrijven om ladingen te combineren, vooral bij Full Truck Load-ladingen. Dat werkt! Maar inmiddels trekken veel bedrijven zich terug en gaat iedereen weer binnen zijn eigen planning aan het werk.

Verder ben ik er voorstander van dat chauffeurs langzaam afbouwen aan het einde van hun carrière. Door bijvoorbeeld een dag minder gaan rijden vanaf hun 60e. Dan groeien ze langzaam naar hun pensioen toe. Ik heb meerdere echtgenotes aan de telefoon gehad die informeren of hun gepensioneerde man een paar daagjes terug kon komen, omdat het thuis niet zo goed verliep. Mijn antwoord is in de meeste gevallen ja.

Wat is een hobby of leuke bezigheid buiten het werk?

“Als ik tijd heb, mag ik graag mountainbiken/wielrennen, maar momenteel ben ik veel aan het klussen in het huis van mijn zoon. Als dat voorbij is, ga ik thuis aan de slag. Verder doe ik niets liever dan zitten lezen op een zondag. Ik lees fictie, non fictie en actiethrillers, heerlijk. “En met voetbal heb ik niet heel veel, wielrennen is mijn grote hobby.”