Aan de jarenlange daling van het aantal vrachtwagenchauffeurs is een einde gekomen, blijkt uit cijfers van het CBS. Sinds 2016 steeg dat aantal voor het eerst: van 89.000 op 1 januari 2022 naar 96.000 op 1 januari 2023, ofwel met 8%. Gezien het huidige tekort aan chauffeurs is dit een positieve ontwikkeling, al ligt dit nog ver onder de aantallen van rond de 120.000 van 2016.

Vrachtautorijbewijsbezitters

Omdat elke vrachtwagenchauffeur een vrachtautorijbewijs nodig heeft, is de trend in het aantal bezitters van vrachtautorijbewijzen ook interessant. Zo’n 18% van de mensen met een vrachtautorijbewijs is immers vrachtwagenchauffeur.

Net als bij vrachtwagenchauffeurs is er bij hen in 2023 een trendbreuk; de grafiek geeft de ontwikkelingen als index weer. Na sinds 2014 van 664.675 gedaald te zijn naar 518.265, treedt er in 2022 een zeer lichte stijging op: naar 518.672 op peildatum 1 januari 2023.

Nederlandse economie

De groei van het aantal vrachtwagenchauffeurs zal – als die voortduurt – het aantal vacatures en daarmee van het chauffeurstekort verminderen. Maar het aantal vacatures – kortweg het verschil tussen benodigde chauffeurs en chauffeurs die aan het werk zijn – wordt ook door andere factoren bepaald.

Zoals de vraag naar wegtransport en daarmee indirect de behoefte aan chauffeurs. De vervoersvraag wordt vooral bepaald door de economie. Die draait niet geweldig: de Nederlandse economie is in het eerste kwartaal van 2023 volgens CBS-cijfers met 0,7% gedaald ten opzichte van het vierde kwartaal 2022.

De Nederlandse export kromp. De uitgaven van Nederlandse huishoudens stegen wel, maar dat kwam door de prijsstijgingen; de hoeveelheid gekochte goederen bleef gelijk. Dus waarschijnlijk ook het vervoer van consumentengoederen. In de bouw daarentegen en dan met name de verduurzaming van woningen en gebouwen, trad wel een groei op. Dit soort verschillen tussen economische sectoren zal ook te zien zijn in de deelmarkten van het wegtransport.

De vooruitzichten zijn matig. De OESO ziet in haar Economic Outlook van juni de Nederlandse economie in 2023 met 0,9% groeien. Dat is onder het gemiddelde van 1,4% groei van de OESO-landen. In 2024 raamt OESO de groei op 1,4%.

Lees ook: Stijgt of daalt het aantal vrachtwagenchauffeurs?

Duitse economie

De Duitse economie verdient in deze context extra aandacht. Immers, Duitsland is naast Nederlands’ belangrijkste handelspartner ook het belangrijkste laad- en losland voor wegvervoerders uit ons land.  Gemeten in vervoerde tonnen lading vormt het wegvervoer met Duitsland bijna de helft van al het Nederlandse internationale wegvervoer.

Na twee opeenvolgende kwartalen van negatieve economische groei, verkeert Duitsland nu in een recessie. Voor Duitsland verwacht de OESO een stagnatie (0% groei) in 2023 en een groei van 1,3% in 2024.  

Omdat geëxporteerde goederen ook vervoerd moeten worden, is het aannemelijk dat een daling van de Nederlandse handel met Duitsland – ook al is die nu nog niet in cijfers te zien - ook een afname van het internationale wegtransport met Duitsland zal betekenen. Het internationale wegtransport tussen Nederland en Duitsland is volgens Eurostat in 2021 de omvangrijkste wegvervoersstroom in de EU, en Nederlandse vervoerders domineerden die met een aandeel van 51%.

De vervoersactiviteit tussen Nederland en Duitsland daalt echter. In de eerste vier maanden van 2023 zijn er volgens de Mautstatistieken ten opzichte van dezelfde periode van 2022 4,1% minder vrachtauto’s de Nederlands-Duitse grens gepasseerd. Nederlandse vervoerders hebben 7,2% minder ritten op de Duitse wegen gemaakt en daar 4,2% minder kilometers afgelegd.

Binnenlands vervoer

Een verminderde export naar Duitsland betekent ook minder binnenlands wegtransport in Nederland. Want 28% van de waarde van de Nederlandse exportgoederen voor Duitsland betreft goederen die in Nederland zijn gemaakt, en dus hoogstwaarschijnlijk ook in Nederland zijn vervoerd.

46 procent van de uitvoerwaarde betreft zogenoemde wederuitvoer vanuit Nederland naar Duitsland, waar Nederlandse logistiek dienstverleners een rol hebben kunnen spelen, bijvoorbeeld in Europese distributiecentra. Wederuitvoer betreft oorspronkelijk ingevoerde goederen die Nederlandse bedrijven in (vrijwel) onbewerkte staat weer uitvoeren vanuit Nederland naar het buitenland. Die vermindering in wegtransport komt dan bovenop de daling van het wegtransport in Nederland in verband met de krimp van de Nederlandse economie.

Combinatie

Het aantal vacatures en het chauffeurstekort zouden dalen door de combinatie van stijging van het aantal vrachtautochauffeurs en daling van het wegtransport, binnenlands en internationaal. Er zijn nog geen recente vervoerscijfers beschikbaar om dat laatste te toetsen, maar de Conjunctuurenquête Nederland (COEN) - een samenwerking van CBS, EIB, KVK, MKB-Nederland en VNO-NCW - voor het goederenvervoer over de weg, wijst op een verminderde vervoersvraag en minder personeelstekort. Waar in het derde kwartaal van 2022 54,1% van de bedrijven ‘tekort aan arbeidskrachten’ als belangrijkste belemmering in hun activiteiten noemde, is dat gedaald naar 40% in het tweede kwartaal van 2023.

In tegenstelling tot deze daling steeg het aantal bedrijven dat ‘onvoldoende vraag’ als belangrijkste belemmering noemde: van 5,1% in het derde kwartaal 2022 naar 20,8% in het tweede kwartaal van 2023. De omzet tenslotte steeg in het eerste kwartaal weliswaar met 4,1%, maar dat is beduidend minder dan de 16,2% stijging in het eerste kwartaal 2022.

Lees ook: Opmerkelijke stijging aantal vrachtwagenchauffeurs